Actueel / Onderwijs
Een veranderende wereld vraagt om flexibel onderwijs en een Leven Lang Ontwikkelen
Angelien Sanderman, voorzitter van het College van Bestuur van de Hogeschool Leiden, is sinds 2014 actief in bestuurlijke functies binnen en buiten het hoger beroepsonderwijs. Daarnaast heeft zij ruime ervaring in onderzoek en andere onderwijsgerelateerde functies. Wij zijn benieuwd hoe zij naar de toekomst van het onderwijs kijkt. Wat zijn volgens haar de ontwikkelingen die een rol spelen in de komende tien jaar?
Dit interview maakt deel uit van de interviewreeks ‘het onderwijs van Morgen’. In deze serie gaan we met leiders in het onderwijs in gesprek over de ontwikkelingen en uitdagingen in de sector voor de komende 10 jaar. Centraal staat steeds de vraag: “Wat is er nu nodig om het onderwijs in te richten voor de uitdagingen van morgen?” Met deze gesprekken willen we organisaties ondersteunen in hun voorbereiding op de toekomst en elkaar binnen de sector verder inspireren.
Het interview in het kort:
- Het werkveld vraagt steeds meer van onze studenten: dit vereist een herwaardering van de positie van het hbo in het leerveld.
- Het tekort op de arbeidsmarkt versterkt de behoefte aan talent: dit vraagt om een andere manier van denken over onze manier van onderwijs geven.
- Flexibilisering van het onderwijs, de integratie van onderzoek en digitalisering en AI vormen uitdagingen voor het hbo: dit vraagt niet alleen om een andere onderwijsorganisatie maar ook om een professionalisering van onze mensen.
Welke ontwikkelingen gaan of hebben al grote impact op het onderwijs van 2035?
“Dat is een hele brede vraag. Daar kun je alle kanten mee op”, antwoordt Sanderman lachend. “Maar als je kijkt vanuit het hbo, dan hebben wij heel lang professionals opgeleid die complexe vraagstukken moesten kunnen oppakken. Op een gegeven moment waren die skills echter niet langer toereikend voor de wensen vanuit het werkveld. Er kwam namelijk steeds meer nadruk te liggen op de mogelijkheid om te reflecteren en kritisch te kunnen nadenken. Deze verandering sluit aan bij de periode dat het praktijkgericht onderzoek steeds belangrijker werd binnen het hbo.
Intussen zijn we aanbeland bij de fase waarin er van de studenten verwacht wordt dat zij ook kunnen innoveren op de thema’s die spelen in de buitenwereld”, aldus Sanderman. “De wereld om ons heen en het werkveld veranderen voortdurend dus je moet over voldoende tools, middelen en vaardigheden beschikken om mee te kunnen gaan met de innovatie. Het altijd werken in hetzelfde domein is ook geen vanzelfsprekendheid meer. Interdisciplinair samenwerken en het samenwerken an sich wordt steeds essentiëler.
En reëel of niet, dit vraagt veel van een student. Er wordt verwacht dat je constant stappen kan blijven maken en dat je jezelf kan blijven aanpassen, ook na je opleiding. Met andere woorden: een Leven Lang Ontwikkelen. Het is een nieuwe opdracht voor het hbo om te zorgen dat studenten en professionals continu kunnen bij-, om- en opscholen. Dit vraagt veel van studenten en professionals, maar ook van een organisatie”, zegt ze.
Sanderman vervolgt: “Een andere uitdaging die ik zie is de krapte op de arbeidsmarkt: 98,5% van onze afgestudeerden heeft binnen drie maanden een baan op niveau. Dat is natuurlijk fantastisch en we leiden goede mensen op, maar de behoefte aan talent is gewoon enorm. Daarom moet iedereen slimmer gaan werken, anders is het werk niet langer uitvoerbaar. Dus dat vereist opnieuw veel van de hbo-student, die hetzelfde werk moet doen met minder mensen.
Ook binnen de Hogeschool Leiden is dit een vraagstuk waarmee we bezig zijn. Een mooi voorbeeld is de samenwerking met een scholengemeenschap voor het basisonderwijs in de Den Haag waarin we kijken hoe we met minder docenten dezelfde onderwijskwaliteit kunnen leveren en dus slimmer kunnen samenwerken. Dat dwingt tot een andere manier van denken dan we gewend zijn en daarmee een professionalisering van onze mensen.”
Welke uitdagingen staan jullie te wachten, als je kijkt naar het onderwijs van morgen?
Flexibilisering en de uitdagingen in de onderwijslogistiek
Volgens Sanderman is de flexibilisering van het onderwijs een belangrijk thema binnen het hbo en ook voor de Hogeschool Leiden specifiek. “Door flexibilisering van het onderwijs kun je beter aansluiten bij diversiteit onder alle studenten. Deze ontwikkeling wordt gedreven door vragen zoals: Moet ik deze studie precies in vier jaar doen? Ik moet namelijk naast mijn studie best veel werken voor mijn levensonderhoud. Kan ik onderweg ook andere keuzevakken volgen, omdat ik misschien toch net een andere kant op wil? Kan ik even wachten en later verder gaan? Kan ik overstappen naar deeltijd? Als ik al een studie heb gedaan en nog een vak wil volgen voor mijn werk, wat zijn dan de mogelijkheden?
Dit in combinatie met de arbeidskrapte zorgt ervoor dat veel studenten al na een of twee jaar gekaapt worden door de praktijk en dat zij dan in deeltijd de rest van het onderwijs volgen. Het is mooi dat de studenten hierdoor al vroegtijdig op de arbeidsmarkt van betekenis kunnen zijn en uiteindelijk ook een diploma halen. Aan de andere kant vraagt het veel van onze onderwijslogistiek en onze professionals om deze flexibilisering goed in te regelen.”
Integratie van onderzoek in het onderwijs
“Een andere belangrijke uitdaging is de integratie van onderzoek in ons onderwijs. Dit is noodzakelijk als we willen dat onze studenten de vaardigheden hebben om te kunnen innoveren in de beroepspraktijk, zodat zij deze mede vorm kunnen geven. In dat geval moeten we ze voorzien van goede kennis en vaardigheden om dit te kunnen doen. Dit wordt steeds essentiëler.”
Digitalisering
“Tenslotte is een ander groot vraagstuk hoe we digitalisering en AI op een goede en zorgvuldige manier gaan benutten. Het is namelijk niet langer de vraag óf maar hoe. Er is steeds meer mogelijk, maar er zijn ook steeds meer verwachtingen. Daarnaast kunnen we niet als een kip zonder kop zomaar alles aanpakken, want daar kleeft een te groot risico aan. Voor ons ligt de kracht van digitalisering en AI in het feit dat er sneller kan worden voortgebouwd op wat er al is, maar hiervoor moeten we wel over bepaalde competenties bezitten”, aldus Sanderman.
Standaardiseren om te flexibiliseren
“Om al deze uitdagingen goed op te kunnen pakken hebben we een instellingsplan opgesteld met daarin een strategische agenda waarin wij een aantal veranderingen beschrijven die de Hogeschool moet doormaken. Met daarin thema’s als flexibilisering van onderwijs, robuust onderzoek en digitalisering: Wat komt er op ons af en wat moeten we daarvoor doen?
Om het onderwijs aan de voorkant op een goede en efficiënte manier te kunnen flexibiliseren is het van belang dat we aan de achterkant de opleidingen standaardiseren, bijvoorbeeld door elke opleiding dezelfde productstructuur te laten hanteren. In andere woorden, standaardiseren om te flexibiliseren. Dit vraagt iets van ons op het gebied van onze organisatie inrichting. Daarmee betekent deze strategie automatisch ook iets voor onze medewerkers. De vervolgvraag is: Hoe nemen we onze mensen in hierin mee? Dit doe je niet zomaar en vereist bijvoorbeeld ook een professionalisering van onze mensen op het gebied van leiderschap.”
Wat is er nodig om deze uitdagingen aan te gaan?
Sanderman antwoordt: “Op verschillende facetten zie je dat we voorlopers hebben. We merken dat het staat of valt met het enthousiasme van onze mensen achter de opleidingen. Kijk bijvoorbeeld naar het thema AI: door het enthousiasme onder enkele medewerkers ontstaat er een leidende coalitie die we kunnen inzetten om anderen in het thema mee te nemen. Daarnaast heeft enthousiasme een aanzuigend effect, waarin anderen zien dat het werkt en het vervolgens óók willen.
Verder werken wij rondom de strategische agenda met een programmastructuur. In elk programma zitten zowel diensten als faculteitsdirecteuren die een programma trekken. Zo neem je gelijk de verschillende perspectieven mee. Om succesvol te zijn in zo’n programma moeten wij consequent zijn en vasthouden aan de lijn die zorgvuldig met velen is opgesteld. Je moet mensen daarin steeds meenemen en dit willen blijven herhalen en uitleggen in de gehele organisatie. En om dat goed te doen heb je uithoudingsvermogen nodig, moet je elkaar vasthouden wanneer het moeilijk wordt en durven te vragen of het nog steeds klopt. Dit is de manier om ervoor te zorgen dat het programma draagvlak krijgt en gaat werken.”
De veranderingen die je noemt zijn niet uniek voor de Hogeschool Leiden, werken jullie ook samen met andere organisaties?
“Jazeker”, antwoordt Angelien. “Hier liggen natuurlijk veel kansen om van elkaar te leren en samen onderwijs te ontwikkelen. Wel blijft het soms lastig te organiseren. Zulke samenwerkingen komen vooral goed tot hun recht bij hele concrete vragen of op grotere vraagstukken waar iedereen tegenaan loopt; zoals bijvoorbeeld Npuls en de LLO-katalysator.
Tot slot, hoe gaan jullie als College van Bestuur met de aankomende bezuinigingen om?
“Als College van Bestuur ben je vaak de interface tussen wat er landelijk en intern speelt. Er komt heel veel op ons af. We vragen ons altijd af wat onze handelingsruimte is. Wat moet ik in de buitenwereld doen om bijvoorbeeld de politiek mee te nemen in de effecten van hun handelen op onze studenten en hoeveel invloed kan ik op hen uitoefenen?
En aan de andere kant betekent het ook dat wij extra durven te investeren in de toekomst en te innoveren. Dat laatste gaat trouwens niet alleen over nieuwe dingen. Innovatie gaat ook over bestaande dingen slimmer doen en kansen zien.
Tenslotte: wij hebben een mooie hogeschool waarin we meebewegen met de maatschappelijke ontwikkelingen. Als we het met wat minder moeten doen dan regelen we dat. Het vraagt een bepaalde manier van leiderschap in de gehele organisatie. Natuurlijk komt er een moment waarop we onze grenzen bereiken, maar op dit moment is daar nog geen sprake van. Wel is het belangrijk om vooruit te blijven kijken en te proberen om een inschatting te maken van wat op je af kan komen en hoe je je daarop voorbereidt.”
Meer weten?
Wil je naar aanleiding van dit interview verder praten over de ontwikkelingen en uitdagingen in de sector? Neem dan contact op met Victor Claerbout.